foto: Frank van Osch

Filmjournalisten van audiovisueel platform KONKAV gaan in gesprek met gevestigde en nieuwe beeldmakers. Een podcast voor alle filmliefhebbers.

check alle afleveringen

Tamino Parren & Ruben Groetelaars

In een openhartig gesprek gaat Frank van Osch (@Van Osch Films) in gesprek met filmmaker Tamino Parren en Ruben Groetelaars. In de KAST blikken Tamino en Ruben terug op de periode na de academie, waarin het verwachte zwarte gat juist plaats maakte voor veel vrijheid, over hoe je een persoonlijke afstudeerfilm onbewust meeneemt in je verdere werk. Maar ook over dichtbij jezelf blijven en daarmee krachtige verhalen vertellen. 

Beluister de aflevering:

Frank: 
Welkom bij de Konkav podcast. Mijn naam is Frank van Osch, Documentairemaker producent en filmcoach. Vandaag is het onderwerp: Is er nog leven na filmopleidingen zoals het Sint Joost? Tegenover mij zit Ruben Groetelaars, in 2021 studeerde hij af met Wat thuis thuis maakt, en Tamino Parren. Hij studeerde in 2013 af en is dus al tien jaar aan het werk, tenminste dat was de bedoeling.
Is dat ook gelukt?

Tamino:
Ja, da's gelukt, ja! Dus dat is mooi.

Frank:
Welkom allebei. Laten we de vraag maar meteen op tafel gooien. Is er leven na Sint Joost?

Tamino:
Is er leven na Sint Joost? Ja, dat is er, maar je moet het wel vooral doen, want het komt natuurlijk niet aanwaaien. Ik heb zelf na de Sint Joost eerst Docwerk gedaan bij Van Osch Films.

Frank:
Even voor degene die niet weten, dat is m'n eigen opleidingsplek waarbij mensen werkervaring op kunnen doen. Dat heb je toen vijf maanden gedaan denk ik?

Tamino: 
Ja klopt, een half jaar toen. Docwerk was voor mij heel fijn, omdat het gewoon een soort van ja, je ging gewoon dingen maken, weet je, dat was ook vrij praktisch en we gingen ook gewoon op pad en we gingen regisseren, camera doen, geluid, monteren... Dus je was gewoon heel erg praktisch bezig. En op Sint Joost heb ik in het afstudeerjaar – ik in ieder geval – heel erg ervaren dat je heel erg conceptueel bezig bent.

Frank:
Waar lijkt het echte leven het meest op?

Tamino:
Oh interessant. Ik denk een combinatie van, ja. Want ik heb nu net een nieuwe documentaire gemaakt. Daar heb ik ook weer een filmplan voor geschreven. Dat heeft ook heel lang geduurd. Dan ben je weer lang aan het schrijven. En dan ga je researchen. Nou, uiteindelijk zijn we gaan draaien, monteren. Dus ja, dat draaien en monteren is dan weer het praktische aspect. Hoewel met monteren ga je natuurlijk nogmaals je film eigenlijk regisseren. Dus is ook wel weer een diepgaand proces. Maar het filmen zelf is misschien wat praktischer van aard. Dus ja, ik denk een combinatie van eigenlijk.

Frank:
En Ruben?

Ruben:
Ja, ik heb, sinds ik afgestudeerd ben het hele ding van oké, ik moet nu meteen soort van werk in het veld vinden, die druk heb ik echt effe moeten leren loslaten, zeg maar om daar een beetje relaxt mee om te kunnen gaan, zeg maar. Dus ik ben eerst gewoon echt het afgelopen jaar even gaan kijken wat ik nou precies wilde gaan doen. En ik heb echt de meest verschillende dingen gedaan, allemaal hele uiteenlopende opdrachten. Sommige wat groter en sommige wat kleiner. Om het hoe zeg je dat het zwarte gat na de kunstacademie, hoe je die kan opvullen.

Frank:
Ja, is het een zwart gat?

Ruben:
Nou, zo noemen ze dat vaak toch dat?

Frank:
Maar heb je dat zo ervaren bedoel ik.

Ruben: 
Nee, nou, ik dacht dat ik het zo zou gaan ervaren en daardoor heel nou ja, zenuwachtig, gespannen misschien was voor die tijd na de kunstacademie. Maar dat ik het uiteindelijk een hele fijne tijd heb gevonden en nog steeds vind. Waarin ik eigenlijk juist nog veel meer kan doen wat ik tijdens mijn opleiding niet heb kunnen doen. Onverwacht was het eigenlijk een groter gevoel van vrijheid. Ja, voor mij stond het afgelopen jaar echt in het teken van eerst gewoon even rustig kijken wat ik wilde. Voordat ik mezelf volledig in iets stort. Ja.

Frank:
Wat heb jij meegenomen van Sint Joost? Wat heb je daarvan geleerd?

Ruben: 
Even denken... Aan de ene kant is het meer een soort van durven maken, zeg maar, ook meer op persoonlijk gebied. Want toen ik begon op Sint Joost, ik kwam toen van Sint Lucas af, waar ik al vier jaar een AV-achtige opleiding had gedaan, zeg maar. En toen kwam ik op Sint Joost en toen kon ik dus eigenlijk al kwalitatief gezien al redelijk wat maken. Als in: er waren ook mensen die rechtstreeks van de middelbare school kwamen, bijvoorbeeld. Maar wat toen vaak gezegd is, zo van: oké, je kan wel al wat, maar eigenlijk, er zit niks van jezelf in, het is allemaal heel afstandelijk. Dus wat ik wel bijzonder vind, is dat ik uiteindelijk met zo'n persoonlijk document ben afgestudeerd. Je maakt echt een persoonlijke groei door, dus dat is denk ik, wel misschien het belangrijkste ding wat ik heb meegenomen van Sint Joost.

Frank:
En, jij?

Tamino:
Ik heb het idee dat ik echt in m'n afstudeerjaar een hele duidelijke regievisie heb ontwikkeld. En dat komt denk ik ook alweer omdat wat jij ook omschrijft hé, je gaat echt heel erg zoeken naar wie ben ik als persoon, wie ben ik als maker? En omdat je afstudeerfilm vaak toch een heel persoonlijk onderwerp is, dat je dan toch daar het meeste leert, in dat jaar. Tenminste als ik voor mezelf spreek. Ik heb echt in dat jaar heel veel geleerd.

Ruben:
Heb ik absoluut ook hoor, ja.

Tamino: 
Ik denk dat eigenlijk. Ik neem daar nog steeds heel veel van mee. Want ik merk nu,  en dat vind ik wel grappig, dat in mijn nieuwe film  heel onbewust bepaalde dingen heb toegepast in beeldtaal die heel erg uit m'n afstudeerfilm kwamen. En dan is het tien jaar later en dan ineens zie ik het terug en dan denk ik: ‘verrek’. En dat heb ik dan toch onbewust gedaan. Bepaalde shots die terugkeren, of een bepaalde manier van monteren of ja.

Frank:
En welke film heb je nu over?

Tamino:
Mural hoofdstad, die gaat over de ontwikkelingen van openbare kunst. Streetart graffiti, ja, muurschilderingen in de Mural hoofdstad van Nederland, en dat is Heerlen, want Heerlen noemt zichzelf dus de hoofdstad van de muurschilderingen en nou ja, dat vond ik interessant. Dat ben ik gaan onderzoeken.

Frank:
En wat heb je dan in die film toegepast, wat je tien jaar geleden al ontwikkeld hebt?

Tamino:
Nou, om het kort te houden, denk ik, want dan wordt een heel lang antwoord. Ik vind dualiteit altijd heel erg interessant. Dus dat er een bepaalde wereld is van als je als je een personage hebt in een documentaire, dan heeft die persoon een bepaalde belevingswereld en die persoon kijkt ook met een bepaalde blik naar de buitenwereld toe. Daar zit een bepaald spanningsveld altijd in. Van hoe iemand zich verhoudt tot diens omgeving. En dat dat is heel erg waar mijn afstudeerfilm over ging. Over de belevingswereld van die autistische jongen – of man, moet ik zeggen, en diens omgeving. En dat heb ik nu weer gedaan eigenlijk met de twee hoofdpersonen in de film, die allebei twee lokale kunstenaars zijn en eigenlijk proberen hun, ja, hun weg te vinden in de wereld van kunst, van openbare kunst in zo'n stad. Maar het gemeentebestuur, ja, die hebben bepaalde keuzes gemaakt ten aanzien van kunstenaars. En nou, dat, dat is een, daar zit een spanningsveld in. En die dualiteit zit hem ook, ja, dat dat heb ik denk ik ook heel er geen cameravoering proberen vast te leggen, zeg maar. Dus je de buitenwereld zien we heel erg vanuit een afstand, vanuit totaal beelden. Terwijl in de wereld van die twee personen, daar komen we heel close, daar komen we heel intiem, daar is de camera heel warm, daar zijn we heel erg dicht bij die personen. Dus op die manier heb ik visueel geprobeerd om daar een bepaalde afstand in te creëren, zeg maar. En dat is eigenlijk ook wat in mijn afstudeerfilm zat. Dat is wel grappig, dat dat weer eigenlijk onbewust terugkwam, zeg maar. En dat vond ik gewoon een enorme… Ja, weet je zo'n afstudeerfilm is gewoon een psychologische rit. Je gaat gewoon heel erg, je bent heel erg bezig met jezelf ook en met jouw regievisie en jouw visie, als persoon, als maker, hoe je in het leven staat, wat je wil maken.

Frank:
Waar ging je film over?  

Tamino:
Mijn film ging over een striptekenaar die autisme had. Hij maakte erotische strips en hij woonde nog bij zijn ouders op 36-jarige leeftijd, omdat zijn vader aan MS leed. Dus hij was ook mantelzorger voor z'n vader en nou ja, een heel moeilijk onderwerp ook en ook wel een heel kwetsbaar onderwerp. Dus daarom vond ik dat ook wel belangrijk om dat zo integer mogelijk te maken.

Frank: 
En waarom was dat een psychologische rit voor jou dan?

Tamino:
Ja, da's een goeie vraag. Ik denk omdat je heel erg gaat zoeken naar de mens. En ik denk dat ik dat in al mijn films wel onderzoek. Ik ga toch veel meer op het humanitaire niveau zoeken naar een interessant verhaal, dan dat ik veel meer vanuit een journalistieke invalshoek een film maak. Ik ben veel meer geïnteresseerd in de psyche van de mens. Waarom iemand iets doet vind ik interessanter dan wat die persoon doet en hoe iemand iets doet. Dus ik vind lichaamstaal ook heel interessant. En ja, weet je, als je een filmplan schrijft en zeker op de – ik weet niet hoe jij dat hebt ervaren – maar als je dan ook een onderzoeksverslag gaat maken tijdens je afstudeerjaar. Dan ben je zo bezig met je je eigen regievisie. Dat is onlosmakelijk verbonden met je persoonlijke leven op dat moment eigenlijk. Dus je bent heel erg bezig om jezelf te vinden als persoon en als filmmaker.

Ruben: 
Ja, ja, in mijn geval was dat natuurlijk helemaal het geval, omdat mijn film ook nog daadwerkelijk over mezelf ging. Mijn film heette Wat thuis thuis maakt. En eigenlijk gaandeweg tijdens het proces of tijdens het schrijven van de film heb ik dus besloten om de film over mezelf te laten gaan. Waardoor het dus echt helemaal een soort psychologische reis werd. En, ja, dus ik ging tijdens het project op zoek naar de oorsprong van m'n thuisgevoel door met één camera / geluidsman, dus met één ander persoon, twee weken onderweg te gaan in een auto en daar mezelf te verwijderen uit m'n thuissituatie.

Frank:
Je ging eigenlijk wonen in die auto toch?

Ruben:
Ik ging wonen in die auto en ondertussen ging ik bij verschillende mensen langs die ik kende of minder goed kende en die eventueel een interessante kijk hadden op het thuisgevoel of een interessante thuissituatie hebben of hadden. Ja.

Frank:
Heeft het je veranderd, die film?

Ruben: 
Het heeft me veranderd in die zin… niet meteen op het de thematiek of het onderwerp zelf, maar ik denk wel dat ik me bewuster ben geworden van mezelf. Dus dat ik door dat proces van die film, dat ik ook grotendeels mezelf heb gemonteerd en zo naar mezelf heb kunnen kijken, dat ik misschien na het maken van die film wel makkelijker een stapje terug kan doen en mezelf, ja hoe zeg je dat… van een afstandje kan bekijken en misschien makkelijk kan nadenken over hoe ik dingen doe of wil doen.

Frank:
Is er een fragment in die film wat voor jou belangrijk is geworden?

Ruben:
Ja, het… Wat ik mooi vind aan de aan het project is ja, wat natuurlijk het soort van ultieme documentaire ding is, dus dat ik eigenlijk in de film concludeer dat mijn oorspronkelijke doel of wat ik wilde doen, mislukt is. Maar omdat het documentaire is, wordt dat deel van het verhaal, zeg maar. En vind ik uiteindelijk ook in die mislukking het antwoord op de vraag. Dus, ja. Er zit een scène in waarin ik een soort van in gesprek ben met degene die met mij mee was en waarin ik die conclusie trek. Dus ik denk dat dat op dat gebied de sleutelscène is, zeg maar.

FRAGMENT WAT THUIS THUIS MAAKT:
Ja, ik ben gewoon het overzicht kwijt. Ik weet gewoon even niet meer waar deze film over gaat. In plaats van die commerciële kant van het thuisgevoel, wil ik met deze reis op zoek naar het échte thuisgevoel. Maar dat niemand nou de vinger op kan leggen wat het precies is...

Frank: 
Heb je het gevoel dat mensen dan op zitten te wachten?

Ruben:
Ja, ja, nou ja, dat weet ik niet. Want dat is dus eigenlijk een van de dingen waar ik wat minder, zeg maar…ik heb wel veel film gerelateerde opdrachten gedaan, maar ik ben niet meteen bezig met een nieuw project of een nieuwe eigen film, zeg maar. Dus wat dat betreft, ja, dat vind ik een lastige vraag om te beantwoorden. Want dat zou vanuit wat ik heb gedaan niet meteen kunnen zeggen, nee. Wat ik wel heb is dat mijn afstudeerfilm per ongeluk een soort van een klein tweede leven heeft gekregen. Want het Limburg Filmfestival was dus langere tijd uitgesteld en toen had ik daar onverwachts nog een prijs voor beste nieuwe maker gewonnen. En via dat begon die film nog een beetje te rollen, zeg maar. En dan kwam ik nog op een ander filmfestival in Deurne, de Nacht van het witte doek, terecht. Waar ik dan ook weer in de documentaire categorie iets had gewonnen, waardoor de film weer in een aantal bioscopen in Brabant ging draaien. En nu, via dat komt de film weer op L1 in december. Dus zeg maar onverwachts begon dat hele ding toch nog een beetje te rollen, bijna een jaar na dato na het afstuderen, met die film.

Tamino:
Hoe kijk je nu terug op je film eigenlijk?

Ruben:
Nou, je zit toch weer iedere keer 20 minuten naar jezelf te kijken. Ik die praat over m'n eigen gevoelens. En dat dan met een zaal of een zaaltje mensen erbij, dat wordt, dat blijft lastig, zeg maar. Ja, omdat het gewoon ja, het is gewoon, het is heel kwetsbaar. Uiteindelijk ben ik trots op het product. Maar het blijft af en toe lastig om te zien met een groep mensen. Het is toch alsof je naar een soort van spiegel van jezelf aan het kijken bent, heel persoonlijk.

Tamino:
Zou je dat nu anders doen?

Ruben:
Ik weet niet of ik het anders zou doen, want ik heb veel over mezelf geleerd en het is ook… Het brengt iedere keer wel veel mooie dingen met zich mee. Omdat mensen dan na een vertoning over hun eigen ervaring en hun eigen gevoelens… Het breekt wel snel een soort van de conversatie open. Dus het heeft mooie dingen, maar ook af en toe nog wel… Nog steeds iedere keer als ik het zie met mensen, vind ik het nog steeds een lastig document om te zien.

Tamino:
Ja, maar dat snap ik ook, want je bent het zelf. Je hebt jezelf heel kwetsbaar opgesteld. Dus het is ook… ik kan me wel voorstellen, als je het net allemaal gemonteerd hebt of zo, dat het misschien heel verzadigd voelt. En op een gegeven moment, dan neem je weer wat afstand, dan zie je dat weer met mensen en dan komt het gevoel weer terug. En bij jou denk ik dat dat heel persoonlijk is.

Ruben:
Dat ja, dat is het dus ook. Ja, wat ik al zei, soms wat lastiger, maar dat brengt ook mooie dingen met zich mee.

Tamino:
Ja.

Frank:
Heb jij het gevoel dat de wereld zit te wachten op hoeveel klassen? Zijn het wel niet? Filmacademie, HKU, Sint Joost?

Tamino:
Ja, ja, weet je ik denk, als je heel dicht bij jezelf blijft als filmmaker, dan kun je ook hele authentieke verhalen vertellen die jouw zienswijze laten… Ik bedoel, elke documentaire is natuurlijk subjectief, per definitie. We hebben allemaal een visie, we hebben allemaal wel een… Ik denk op het moment dat wij… Dat vertel jij ook net van: als je iets over jezelf maakt, dan vertel je eigenlijk ook een universeel, groter verhaal waar heel veel mensen zich in kunnen herkennen. Dat is heel krachtig, want dan krijg je dat mensen bepaalde lagen ontdekken in jouw film waarmee ze zich kunnen vereenzelvigen. En misschien zijn dat ook wel lagen die helend kunnen werken voor een bepaald psychisch proces waar ze zelf doorheen gaan.

Ruben:  
Ja, zeker, absoluut. En ik merk ook, als ik kijk naar mijn klas, mijn afstudeerjaar. Lang niet iedereen wordt daadwerkelijk regisseur of gaat meteen verder met eigen films maken. Dus het verspreidt zich zo erg over wat iedereen gaat doen. Uiteindelijk studeren er, weet ik veel, in een jaar twintig per opleiding, twintig mensen af aan film. Maar wat iedereen er uiteindelijk mee gaat doen, dat verspreidt zich gewoon helemaal.

Tamino:
Dat was bij mij ook. Ja, ik ben uiteindelijk met inderdaad geloof ik, twintig mensen begonnen uiteindelijk zijn we met zes mensen afgestudeerd. Dus. En dan zijn er nog volgens mij drie à vier die echt actief met film bezig zijn. Dus ja, dat is natuurlijk ook prima. Maar ja, ik denk dat het vooral is, als antwoord op je vraag. Van: zodra je dicht bij jezelf blijft, dan kun je ook hele eigenzinnige verhalen vertellen. Het klinkt misschien gek, maar hoe intiemer of kleiner het verhaal, hoe universeler soms de boodschap kan zijn en hoe meer mensen zich daarin kunnen herkennen. En je zou misschien denken van oh, hoe groter ik het verhaal aanpas, hoe meer verhaallijnen erbij komen, hoe meer mensen zich daarin kunnen identificeren. Nou, dat hoeft helemaal niet. Juist het kleine is heel mooi.

Ruben:
Ja, nee, maar dat is ook. Ik denk dat heel erg dat dat kleine... Hoe specifieker iets is, hoe groter de herkenning is, zeg maar. Als jij iets herkent van iemand wat zo heel klein en eventueel kwetsbaar is. Dat voelt veel persoonlijker dan dat jij iets van weet ik veel, een heel groot maatschappelijk thema of waar iedereen mee te maken heeft. Dan voel je je veel minder verbonden met een thematiek of een onderwerp.

Tamino:
Nou, de thematiek kan natuurlijk wel ten grondslag liggen. Dat je een bepaalde politieke situatie, bij wijze van spreken, als onderlaag hebt. Maar ik denk dat ja, precies wat jij zegt, als eerste laag, de eerste vertel laag, als dat heel intiem en persoonlijk is, dan ga je daar veel meer mee. Film is gevoel en niet informatie.

Frank: 
Heb jij een mooi voorbeeld, waarin je dat voor elkaar hebt gekregen?

Tamino:
Nou, ik heb vorig jaar een film gemaakt, die heet Uit de schulden. En dat is een film van een halfuur. Die gaat over twee mensen die allebei midden in de schuldsanering zitten. En het is eigenlijk grappig. Die film, die heb ik toen gemaakt in de lockdown en er was heel weinig ruimte om visueel iets te doen. Dus ik heb het wel heel erg teruggebracht naar wat nou de essentie. Ja, die mensen, die zitten vast in hun kamertje eigenlijk, die voelen zich opgesloten, die voelen zich geïsoleerd.

Frank: 
Die hebben sowieso een lockdown, zeg maar?

Tamino:
Dat sowieso ja en ik dacht oh, dat moet ik zien te verbeelden. Dus het zijn gesprekken geworden en observaties van die twee mensen in hun persoonlijke habitat eigenlijk.

FRAGMENT UIT DE SCHULDEN:

Uiteindelijk zit ik nu in de schuldsanering voor 58 duizend euro. En dat is ja...
Als je dat bedrag ziet dan denk je: dat kan niet. Dat klopt gewoon niet.

Dat zorgde er uiteindelijk wel voor dat als de bel ging, dat we via het gordijn gingen kijken van: oh, is het een deurwaarder of wie is het? Het geluid van de bel dat was dan al zo’n trigger voor mij dat ik, ja…

Van een druk sociaal leven, het leven met een partner, in één keer naar ja, niks. Je staat alleen, in een kamertje als dit. Ja, het is moeilijk.

Tamino: 
Ja, ik vind hem wel… Ik vind hem wel geslaagd. Omdat het ook zo klein is en intiem, ga je ook dichter tot hun dagelijkse bestaan treden als kijker. Om dan, ja, een beetje in iemands hoofd te kunnen kruipen en om dan daar iets dichterbij te komen. Ik denk dat dat heel veel reacties bij mensen kan losmaken dus ja, daarin is het wel gelukt, denk ik.

Frank:
Jij bent nu tien jaar bezig, heeft die tien jaar gebracht wat je ooit gehoopt had.

Tamino:
Wauw, da's een grote vraag.
Heel veel wel. Ik denk dat ik wel dacht dat ik nu misschien al een lange documentaire had gemaakt. Maar ja, goed, dat hoeft ook niet. Want een korte documentaire kan net zo krachtig zijn namelijk. Ik denk dat ik heel erg de ambitie had om heel erg lange verhalen te vertellen. En ik denk dat ik dat wel toen dacht, dat moet ik over tien jaar hebben. Maar eigenlijk gaat het daar helemaal niet. Uiteindelijk gaat het erom dat je, ja, dicht bij jezelf blijft, wat jij ook mooi omschrijft, en dat je krachtige verhalen weet te vertellen die mensen in beweging zetten of mensen raken of mensen ontroeren. En dat is wel gelukt, vind ik.

Frank:
En jij, heb jij dromen?

Ruben:
Ja, ja, bij mij is het nu nog… Zit ik nog midden in die zoektocht met waar ik naartoe wil. Uiteindelijk heb ik het afgelopen jaar toch het echte makerschap iets meer losgelaten. Niet dat ik daar per se niet meer terug naartoe wil, maar ik heb wel gemerkt dat ik op één of andere manier weer andere aanknopingspunten in het werkveld vind. Dus, ik merk wel echt dat gewoon even rustig doen en een soort van even alles loslaten en gewoon kijken wat je echt wil doen, wel ook echt daadwerkelijk z'n vruchten afwerpt, zeg maar. Dus ja, nee, mijn droom om zo maar te zeggen is dus gewoon toch hopelijk die zoektocht te voltooien en een mooie loopbaan, ja waar ik tevreden mee ben.

Frank: 
Tamino heb jij tips aan jonge makers? Van hoe pak je dat nou aan? Je gaat de wereld in, en dan?

Tamino:
Ja, ik zat er net aan te denken, van: hoe heb ik dat gedaan? Toen ik, want juist toen ik van Docwerk afkwam had ik niet direct werk of zo. Dat is gaandeweg gewoon ontstaan. Ik denk dat het ook met geduld te maken heeft. Dat je een lange adem moet hebben, want het is echt wel zo. Je moet doorzettingsvermogen hebben, want je kunt nog zoveel leuke ideeën bedenken. En dat geldt ook voor als je inderdaad als curator, bij wijze van spreken, of met festivals te maken hebt. Uiteindelijk moet je heel graag willen, ja, wat je gaat doen, zeg maar. Als je, je moet het echt, je moet echt een passie voelen. En dan moet je dat uiteindelijk ook wel zien te vertalen naar het pragmatische, naar het doen. Want anders blijf je altijd maar op dat kamertje zitten schrijven en denken en filosoferen. En uiteindelijk moet je gewoon, je moet gewoon doen. Ik denk als het niet vanuit jezelf komt. En als je elke keer externe factoren nodig hebt om om dat vuur in jou aan te laten wakkeren. Ik denk niet dat dat een goeie manier is. Ik denk je echt vanuit jezelf iets, een soort diepere intrinsieke motivatie moet hebben. Van: dit wil ik heel graag, ik moet dit doen of zo. Een soort creatieve noodzaak.

Frank:
Nu werk jij samen met je vriendin. In Vis Filmproducties. Helpt dat ook nog?

Tamino:
Ja, absoluut.

Frank: 
Die heeft ook Sint Joost gedaan, trouwens.

Tamino: 
Ja, een jaar na mij afgestudeerd, Loes, Loes Jansen, ja. We maken allebei films, individueel van elkaar, maar ook samen.

Frank:
En jullie delen een kantoor.

Tamino:
Ja, dat ook.

Frank:
En een huis.

Tamino:
Werk en privé gaat bij ons… Dat is één ding, dus dat is soms een enorm conflicterende massa en de andere keer gaat dat weer heel erg goed en vullen we elkaar aan en… Ja, een lach en een traan, zeg maar. Dat, dat is het bij ons heel erg.

Frank:
Is het aan te raden?

Tamino:
Nou, zie de rimpels hier? Maar ja, is het aan te raden, ja, ik weet het niet. Ik denk dat je heel erg naar elkaar toegroeit op het moment dat je allebei dezelfde passie deelt. Maar ja, je neemt het ook mee naar huis, weet je. Dus als wij op de bank ‘s avonds thuis zitten, dan is het niet altijd van kom, we laten een leuke film kijken, nee, we gaan nog anderhalf uur door over die film, want daar hadden we het over. Dus dat kan soms heel lang door resoneren. Dat is wel, ja, iets dat ik denk, nou, dat moeten we af en toe wat minder doen. Maar ja, we zijn alle twee heel gepassioneerd, denk ik, en dat, ja, dat gaat gewoon door.

Frank:
Ruben, ken jij films van Tamino?

Ruben:
Nee, nee.

Frank:
En jij Tamino.

Tamino:
Nee, eigenlijk niet, maar we hebben elkaar natuurlijk ook net pas ontmoet.

Frank:
Welke film moet je van elkaar kijken?

Tamino:
Ik ben heel benieuwd naar je afstudeerfilm.

Ruben:
Ja. En welke zou ik dan van jou moeten…Dan zou ik ook wel jouw afstudeerfilm willen zien.

Tamino:
Ja, dat is wel grappig, want jij zei net: hij komt op L1, jouw afstudeerfilm. Ja, mijn film komt dus ook op L1 in december, dus eigenlijk kunnen we elkaars film kijken.

Ruben:
Ja, dat kan sowieso. Jouw nieuwe film?

Tamino:
Ja. Ja, die zou je kunnen…ik vind hem wel goed geworden, dus dat is misschien wel leuk. En met wat je net verteld hebt, ben ik wel heel benieuwd ook naar jouw film.

Meer producties van...

Kunstloc Brabant